maandag 22 augustus 2016

Goed nieuws

Vorige week moest ik opnieuw onder de scanner omdat de artsen wilden weten of en hoe de chemo zijn werk doet. De tumormarker was dan wel fors gedaald, artsen willen dat ook altijd bevestigd zien op scan. Donderdag een dikke halve dag ziekenhuis, vrijdag bespreking. En ja, het gaat echt goed zo bleek. De tumor is op verschillende plaatsen beduidend kleiner geworden. En de tumormarker was nog verder gedaald, naar 430. Eind juni zat ik nog aan 1600, een enorm verschil dus na drie keer chemo. De dokter was dan ook duidelijk: we gaan door. Vandaag staat chemo nummer vier gepland - en dan zitten we echt over de helft. De geplande zes kuren gaan gewoon door. En wat daarna? Veel mensen vragen me dat, zelf durf ik daar niet al te veel aan denken. Plan is om opnieuw over te schakelen op een andere anti-hormoontherapie en me dan nauwgezet op te volgen. Als die kuur niet (meer) blijkt te werken, wordt het weer iets anders. Maar dat zien we dan wel. Eerst hopen dat de chemo de kanker heel ver terugdringt en dat de anti-hormonale therapie de tumor daarna heel lang onder controle houdt. Maar eerst chemo nummer vier...

vrijdag 19 augustus 2016

Kaal in de sauna

Genieten van elk moment, genieten van elkaar, energie opladen tijdens de goede weken. Dat is wat we doen - of toch proberen. Vorig weekend lukte dat aardig. Peter en ik trokken er met ons tweeën op uit. Een citytrip leek mij iets te ambitieus, zo veel energie heb ik niet. Maar een lang weekend in een welnesscomplex klonk heerlijk. En zo geschiedde. We trokken naar Valkenburg en genoten enorm van de rust, van elkaar, van alle bubbelende zwembaden, van het mooie weer.
En toch was er iets dat me op voorhand dwars zat. Wat zou ik doen met mijn hoofd? Er was een gedeelte met zwemkledij en een zonder. Zou ik een badmuts opzetten in het zwembad? Maar wat dan in de sauna, met badmuts in de sauna leek me onzin - en veel te warm. Zelfs toen we al in het zwembad waren, twijfelde ik nog, de badmuts stak in de zak van mijn badjas. Maar Peter overhaalde me. 'Je bent niet lelijk zonder mutsje hoor.' En zo trok ik met mijn kale hoofd het zwembad in. We installeerden ons in het bubbelbad buiten en genoten. Van vreemde blikken merkte ik amper iets, behalve dan van de dame aan de overkant. Ook zij was kaal. We lachten eens naar elkaar en meteen voelde ik me veel lichter. Twee kale mensen in hetzelfde bubbelbad, wie had dat gedacht. Mutsjes en badmutsen liet ik de volgende dagen resoluut achterwege, ik genoot zonder telkens te moeten stilstaan bij mijn kale hoofd. Al snel bleek dat ik iets te veel genoten had van de wind en de zon op mijn hoofd. Roodverbrand keerde ik weer naar huis. En dat was natuurlijk ook niet de bedoeling. Intussen is het leed geleden en kan ik het laten sneeuwen als ik over mijn hoofd wrijf. Altijd pret met een kaal hoofd.

donderdag 4 augustus 2016

Nummer drie

Twee heerlijke weken kregen we. Eentje met z'n vieren in Nederland en daarna nog enkele dagen met vrienden in de Ardennen. We sloten zondag af in een zomerbar. Twee weken lang probeerde ik heel bewust te genieten van onze meisjes, van elkaar, de vrienden, de zee, de buizerd, het weidse uitzicht. En ook: de thuiskomst die extra fijn was: geschilderde deuren dankzij mijn ouders. Weer een stapje verder in ons huis.
Maar maandag was het tijd voor chemo nummer drie. Ik bracht de kinderen weg en ging samen met mijn peter naar Duffel. Intussen weet ik wat me te wachten staat: bloedafname, wachten, een pilletje tegen de misselijkheid, nog meer wachten, een eerste infuus tegen de misselijkheid en daarna drie infusen met chemo. Toen de bloedresultaten er waren, kwam de verpleegster even langs. 'Of ik me niet heel moe voelde? En of ik van trappen beklimmen niet buiten adem raakte?' Een beetje maar niet zo heel erg. Mijn hemoglobine stond blijkbaar laag. Na de witte bloedcellen (wel goed deze keer), nu de hemoglobine dus. Maar het zou nog wel lukken om de chemo te krijgen. En zo geschiedde. Even later kwam de dokter langs. Hij besliste toch om mij twee zakken bloed te geven. Ik zou me er beter door voelen en de derde chemo zou de hemoglobine niet verder doen dalen. Dinsdag mocht ik dus terugkomen en kreeg ik - heel traag - twee zakken bloed. Vreemd om aan de andere kant te liggen, niet de donateur te zijn maar de ontvanger. Nog eens van gezond naar ziek dus.
Maandag vroeg ik de arts ook naar mijn tumormarkers. Dat cijfer is voorlopig de enige aanwijzing of de chemo werkt of niet. Hij had het cijfer nog niet gezien maar ging dadelijk eens kijken. 'Goed dat je het mij vraagt, de markers zijn fors gedaald, van 1500 drie weken geleden naar 740 nu. Een halvering dus, met een kleinere daling was ik ook al heel tevreden geweest.' Voor het eerst sinds heel lang kregen we goed nieuws, eindelijk. Dat deed veel deugd. 18 augustus heb ik scans en de kans dat die goed zij, is dus redelijk groot. En eigenlijk voel ik dat ook wel. De tumor in mijn borst is duidelijk kleiner geworden, van tennisbal naar ei ofzo heb ik de indruk. Maar toch wil ik de scans afwachten, eerst zien en dan geloven, dat heb ik intussen wel geleerd.
En nu zit ik dus midden in de 'moeilijke' dagen. Enorm moe, toch wel wat misselijk, hoofdpijn, net alsof er iets is dat je voortdurend naar beneden duwt. Maar vandaag gaat het al beter dan gisteren, we leven op hoop. En ook deze dagen probeer ik te genieten van de kleine dingen: de reukerwten uit eigen tuin op de tafel, twee mussen die zich tegoed doen aan luizen op diezelfde reukerwten - buiten wel te verstaan, de lach van de jongste bij thuiskomst uit de crèche, de héle lieve - echte - brief uit Engeland, de kus van de man elke keer opnieuw, het schone huis. Maar wat kijk ik uit naar de thuiskomst van de oudste dochter, naar dat tikkeltje meer energie, naar de goede weken. Nog even geduld...